Millie en Bellini
Waarom zet je een therapiedier in ?
- Positief effect heeft op onze gezondheid (stress reducerend, verlaagd hartslag, geeft meer weerstand, verlaagd bloeddruk, enz…)
- Je aan het lachen brengt
- Je aanzet tot beweging en spel
- Je niet veroordeelt
- Je jezelf laat zijn
- Je helpt bij het leggen van sociale contacten
- Je gezelschap houdt als je alleen bent
- Je een leuk en rustgevend gevoel geeft als je het dier aait of aanraakt
- Je aandacht naar buiten richt
- Je verantwoordelijkheidsgevoel oproept
- Je aanzet tot regelmaat en structuur in je leven
- Je helpt en steunt in moeilijke en depressieve periodes
- Je een gevoel van veiligheid geeft
- Enz…
Activiteiten niveaus waarin therapiehonden ter ondersteuning gebruikt kunnen worden :
- Sensorische integratie door de geur, geluid enz… van de hond
- Sensorische stimulatie
- Bekrachtigen en zelfvertrouwen geven
- Opnieuw motiveren en herinneringsvermogen
- Opnieuw sociaal worden (structuur)
- Cognitieve stimulatie (willen leren) en trainen
- Korte termijn revalidatie (moed, pijn vergeten, …)
- Vaardigheden en integratie in de maatschappij
Een therapiedier kan wel degelijk het verschil maken in de therapie. Dit is aangetoond in verschillende onderzoeken:
- Een kind wordt zelfverzekerder wanneer het een huisdier heeft (Bergensen 1989)
- Van een groep onderzochte families signaleerde 70% een toename van familiegeluk en plezier nadat ze een dier hadden aangeschaft (Cain 1985)
- De aanwezigheid van een hond bij een gezondheidsonderzoek van een kind reduceert het gevoel van stress bij het kind (Nadengast 1997, Baun 1998)
- Kinderen met huisdieren zijn actiever met sporten, hobby’s, clubs en karweitjes (Meison 1990)
- De vriendschap van dieren, in het bijzonder honden, helpt kinderen beter om te gaan met zware ziekte of de dood van een ouder (Raveis 1993)
- Wanneer kinderen tijdens hun eerste levensjaren worden blootgesteld aan huisdieren vertonen zij minder vaak allergie en astma (Hesselmar 1999)
- Autistische kinderen die met huisdieren omgaan of in een gezin met huisdieren wonen, hebben betere sociale gedragspatronen en zijn minder bezig met zelf absorberen/ in zichzelf gekeerd zijn (Redefer 1989)